Achterstanden bij de Huurcommissie nu aanpakken

29 oktober 2020

De Huurcommissie kampt met grote achterstanden. Er liggen meer dan 10.000 zaken te wachten op een uitspraak, vele al meer dan een jaar. Gevolg is dat huurders en verhuurders veel te lang moeten wachten op helderheid over de aanpak van gebreken, teveel betaalde huur en servicekosten. Dat brengt mensen in de problemen. Juist door het niet snel oplossen van problemen komen er dan weer nieuwe procedures. !WOON pleit samen met Huurteams Nijmegen bij minister Ollongren voor een snelle en structurele oplossing van het probleem.

Een makkelijk toegankelijk en snel handelend loket

De Huurcommissie is er voor huurders en verhuurders om op een makkelijke en snelle manier duidelijkheid te geven over een verschil van mening. Met een mooi woord heet dat laagdrempelige geschillenbeslechting. Zo hoeven mensen niet naar de rechtbank, die vanwege het formele karakter en de kosten toch een veel grotere drempel heeft. Maar als het meer dan een jaar duurt voor je eens duidelijkheid hebt schiet dat natuurlijk niet op. Dan gaat de verhuurder niet aan de slag om een gebrek te verhelpen, betalen huurders elke maand te veel huur of krijgen ze hun teveel betaalde servicekosten niet terug. Uiteindelijk komt dat wel, dus het heeft zeker nog steeds zin om die procedures in gang te zetten waar dat nodig is. Maar mensen hebben recht op snelle duidelijkheid.

Waar komen die achterstanden vandaan?

Twee jaar geleden berichtte EenVandaag al over de achterstanden bij de Huurcommissie. Vanuit het ministerie was een veel te optimistische inschatting gemaakt van het aantal zaken dat zou binnenkomen. De capaciteit van de Huurcommissie werd met een kwart ingekrompen. Blijkbaar dachten ze dat met het overleveren van de volkshuisvesting aan de vrije markt en het uitkleden van de huurbescherming ook het aantal geschillen flink zou dalen. Door invoer van de Wet Doorstroming Huurmarkt kwamen er allerlei tijdelijke contracten die het huurders veel moeilijker maken een beroep te doen op hun rechten. Door opnemen van de WOZ waarde in de puntentelling is een groot aantal woningen buiten de huurprijsbescherming gevallen, vooral in de gebieden waar de druk op de woningmarkt het grootst is en die bescherming het hardst nodig is.

Gevolg van de reorganisatie bij de Huurcommissie was dat veel ervaren mensen vertrokken. Toen de wooncrisis in volle hevigheid losbarstte en de organisatie vervolgens veel meer verzoeken binnenkreeg konden ze dat niet aan. De minister beloofde beterschap en de organisatie ging op zoek naar nieuw personeel. Dat is natuurlijk niet zo makkelijk, want die moet je eerst vinden en goed inwerken. Bovendien is dat een stuk makkelijker als je mensen lange termijn perspectief kunt bieden en niet van tijdelijke contracten of inhuurconstructies laat afhangen.

De inhaalslag was dus moeizaam, hoe de organisatie Huurcommissie ook haar best deed. Toen sloeg de coronacrisis toe en viel alles in de organisatie stil. Na verloop van tijd kwamen de onderzoeken wel weer op gang en nu, 8 maanden na het begin van de crisis, gaat de Huurcommissie de eerste online zittingen houden. De achterstand is flink opgelopen en de tijd dat mensen op een uitspraak wachten is in veel gevallen langer dan een jaar. Dat zet de geloofwaardigheid van de Huurcommissie sterkt onder druk en dat is een hele slechte zaak.

Minister verantwoordelijk voor uitvoeren wettelijke taak

De Huurcommissie is zoals het zo mooi heet een Zelfstandig Bestuurs Orgaan. Een aparte organisatie dus, maar wel een die een wettelijke taak uitvoert. Het is dan ook de minister van wonen die daar verantwoordelijk voor is. Sinds opheffing van het ministerie van Volkshuisvesting valt dit onder de minister van Binnenlandse Zaken, momenteel minister Ollongren. Die verwijst bij vragen graag naar de Huurcommissie zelf, maar het is haar verantwoordelijkheid. Dat ze nogal gemakkelijk nieuwe taken naar de Huurcommissie schuift als er kritische vragen in het parlement zijn maakt het ook niet makkelijker.

Vreemde definitie en ontbreken van een betaalknop

Het ministerie hanteert bovendien een verwarrende definitie voor de duur van een procedure. Zij tellen namelijk pas vanaf het moment dat huurder en verhuurder hun eigen bijdrage hebben betaald. Vaak wachten mensen maanden op een bevestiging van ontvangst met bijbehorend verzoek tot betaling. Dan duurt het nog vier weken voordat de termijn gaat lopen. Zo zijn de termijnen die de minister aan de Tweede Kamer bericht optimistischer dan wat betrokkenen zelf ervaren. Voor hen telt immers het moment van indienen van een verzoek als start van de procedure. Regelmatig overzien mensen ook nog eens het betaalverzoek en dan kan je tegen de tijd dat je de afwijzing van het verzoek ontvangt weer opnieuw beginnen. Onnodig ingewikkeld: door een simpele betaalknop toe te voegen aan de procedure kan dat gelijk geregeld worden.

Verzoek aan de minister

Wat ons betreft is de minister aan zet. De achterstanden zijn niet aanvaardbaar en er is dringend een snelle oplossing nodig. We verzoeken de minister versneld en met extra aandacht oplossingen te zoeken.

In deze brief aan de minister lichten we onze zorgen toe en vragen we om een oplossing

EenVandaag wijdde op 29 oktober een item aan het probleem

Artikel delen:

!WOON