‘Huurders in de knel’

16 maart 2016

Het gelegenheidsverband ‘huurders in de knel’ organiseerde 15 maart een bijeenkomst over de sociale huurwoningvoorraad in Zuid. Een zinderende zaal, een deurstop wegens veel te veel mensen binnen en mensen die tot in de gang poogden mee te genieten van de soms wel zeer emotionele reacties.  Maar waar ging het nu over?

35% hoe zit het?

De gemeente, corporaties en de huurdersvereniging Amsterdam hebben samenwerkingsafspraken gemaakt over het aantal sociale woningen dat er minimaal in de stad moet zijn. Ten opzichte van nu mag volgens deze afspraken het aantal nog flink dalen, met zo’n 3000 per jaar. In de samenwerkingsafspraken is ook vastgelegd dat in buurten waar het aantal sociaal verhuurde corporatiewoningen onder de 35% daalt er maatregelen genomen moeten worden. Die maatregelen moeten de menging waarborgen in een bepaald gebied.
Corporaties verhuren ook geliberaliseerd. Die woningen worden dus niet meegeteld bij de bepaling van de 35%. Soms zijn particuliere huurwoningen ook nog onder de liberalisatiegrens verhuurd, dit komt met name in bepaalde delen van Zuid voor. Ook die woningen tellen niet mee bij de bepaling van de 35%. De praktijk is ook dat als die woningen in Zuid leegkomen, ze in de meeste gevallen daarna niet meer sociaal verhuurd worden.

Er zijn een aantal gebieden waar al bij het maken van deze afspraken het aandeel sociaal verhuurde corporatiewoningen onder de 35% was gedaald. Amsterdam is opgedeeld in 22 gebieden. Drie daarvan vallen onder Zuid. Voor Buitenveldert en Oud-Zuid was al duidelijk dat de 35% bij lange na niet gehaald zou worden. Het bedachte gebied De Pijp/Rivierenbuurt zat volgens cijfers uit 2013 net boven de grens van 35% maar de laatste jaren is er per jaar steeds een procent van afgesnoept door verkoop en liberalisering. Binnenkort worden de cijfers per 1-1-2015 gepubliceerd in het rapport Wonen in Amsterdam (WiA). Duidelijk is dat ook enkele andere gebieden als de Baarsjes/Oud-West ook onder de 35% zitten.

De vraag is wat de menging behelst. De koppeling in de afspraken aan sociale verhuur veronderstelt dat het om inkomensmenging gaat. Dat is immers het voornaamste criterium voor toegang tot de sociale verhuur. Maar hoe waarborg je dat er een menging blijft of tot stand komt? Doe je dit door liberalisatie en verkoop te stoppen, of zijn er andere konijnen uit de hoge hoed te toveren? Bij de bijeenkomst ‘huurders in de knel’ hintte Egbert de Vries (Amsterdamse federatie van woningcorporaties) vooral op sociale nieuwbouw door corporaties en tegelijkertijd de verkoop en liberalisering van hedendaags corporatiebezit in Zuid voort te zetten.
Huurdersbelang Zuid wil graag een stop op verkoop en liberalisering in de gebieden waar de 35% grens doorbroken is of in het verleden nooit is gehaald. En in ieder geval een verkoopstop voor wat betreft woningen waar mensen naar zouden kunnen doorschuiven middels regelingen als ‘van hoog naar laag’ en ‘van groot naar beter’.

Het stadsdeel gaat binnenkort voorstellen doen hoe zij de menging gewaarborgd willen zien. Dit is een zwaarwegend advies voor de gemeente Amsterdam.

Gezien het volle programma organiseert men waarschijnlijk een vervolgbijeenkomst. Wilt u op de hoogte blijven, meldt u dan aan bij het huurdersnetwerkzuid of hou contact met een van de huurdersverenigingen in Zuid of de G250wonen-groep

Artikel delen:

!WOON